Toch kan niemand bij mij komen, tenzij de Vader die mij gezonden heeft hem bij me brengt, en ik zal hem op de laatste dag tot leven wekken. Het staat geschreven in de Profeten: “Zij zullen allemaal door God onderricht worden.” Iedereen die naar de Vader luistert en van hem leert komt bij mij. Niet dat iemand ooit de Vader gezien heeft – alleen hij die van God komt, heeft hem gezien. Waarachtig, ik verzeker u: wie gelooft, heeft eeuwig leven. Ik ben het brood dat leven geeft. Uw voorouders hebben in de woestijn manna gegeten en toch zijn zij gestorven. Maar dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald; wie dit eet sterft niet. Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven. En het brood dat ik zal geven voor het leven van de wereld, is mijn lichaam.’
«Zenith» © Creative commons NC-ND 4.0 Creative Commons
Kika Sprangers speelt het lied Miniature 3.God is me nabij,
meer nog:
Hij woont in mij.
Hij houdt me in leven.
Laat me even stil worden bij zijn levengevende aanwezigheid
in mijn lichaam, mijn geest, mijn hart,
in heel mijn leven.
De lezing van vandaag komt uit het evangelie volgens Johannes. Hoofdstuk 6, vanaf vers 44.
‘Niemand (kan) bij mij komen, tenzij de Vader (…) hem bij me brengt.’ Als Jezus gelijk heeft, luister je alleen naar deze passage omdat God je naar deze tijd en plaats brengt. Hoe voelt het om dat te horen?
Het beeld van brood is dat van dagelijkse basiskost, iets dat voedt, kracht geeft en ons in staat stelt te groeien. Wat en wie heb je nodig in je eigen leven, van dag tot dag, om door te kunnen gaan?
Kun je je een tijd herinneren waarin een eenvoudig stuk brood precies was wat je nodig had? Laat die herinnering nu weer tot leven komen.
Luister opnieuw, luister naar Jezus die je het eeuwige leven belooft.
Neem nu een kort moment om God te danken voor alles wat er vandaag kan gebeuren dat je vooruit helpt om volledig te leven.