Toen de afgezanten van Johannes vertrokken waren, zei Hij tegen de menigte over Johannes het volgende: ‘Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? Naar het wuiven van het riet in de wind?Wat zijn jullie dan gaan zien? Een mens die zich in fraaie gewaden hulde? Welnee, want wie voorname kleding draagt en in weelde leeft, woont in een paleis. Wat zijn jullie dan wel gaan zien? Een profeet? Jazeker, zeg ik jullie, en zelfs meer dan een profeet. Hij is degene over wie geschreven staat: “Let op, ik zend mijn bode voor je uit, hij zal een weg voor je banen.” Ik zeg jullie: van allen die geboren zijn uit een vrouw is niemand groter dan Johannes, maar in het koninkrijk van God is de kleinste nog groter dan hij.’ Alle mensen die dit hoorden, ook de tollenaars, brachten hulde aan God en zijn gerechtigheid: zij hadden zich immers door Johannes laten dopen. Maar de farizeeën en wetgeleerden verwierpen het plan van God: zij hadden zich immers niet door hem laten dopen.
«Gekleurde veters» © Eigen opname Bidden Onderweg
Arjette Kuipers zingt het lied Naam zonder woorden.
De lezing van vandaag is genomen uit het Evangelie volgens Lucas, hoofdstuk 7, vanaf vers 24.
“Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? … Wat zijn jullie dan wel gaan zien?” Het klinkt haast spottend, doch Jezus roept eigenlijk zijn toehoorders op om een ernstige introspectie te houden. Hoe klinken deze vragen jou in de oren? Welke emoties roepen ze bij je op?
Terwijl je opnieuw naar deze lezing luistert, bemerk hoe Jezus de grootheid van Johannes de Doper erkent. Doch Hij gaat een stapje verder en kondigt zichzelf aan als degene waarover Johannes predikte. Sommigen gevoelen troost bij deze woorden van Jezus omdat ze het doopsel van Johannes ontvingen. Anderen echter weigeren Jezus’ woorden ernstig te nemen omdat ze ook reeds Johannes’ doopsel verwierpen.
Wat is jouw antwoord op dit alles? Hoe zie je dit alles in verband met de Adventstijd?
Spreek nu tot Jezus en vraag Hem wat je ook maar nodig hebt om God’s plan met jou vandaag te kunnen herkennen en het vervolgens te accepteren.