Daarop vertelde Jezus hun opnieuw een gelijkenis: ‘Het is met het koninkrijk van de hemel als met een koning die een bruiloftsfeest gaf voor zijn zoon. Hij stuurde zijn dienaren eropuit om de bruiloftsgasten uit te nodigen, maar die wilden niet komen. Daarna stuurde hij andere dienaren op pad met de opdracht: “Zeg tegen de genodigden: ‘Ik heb een feestmaal bereid, ik heb mijn stieren en het mestvee laten slachten. Alles staat klaar, kom dus naar de bruiloft!’” Maar ze negeerden hen en vertrokken, de een naar zijn akker, de ander naar zijn handel. De overigen namen zijn dienaren gevangen, mishandelden en doodden hen.
De koning ontstak in woede en stuurde zijn troepen eropaf, hij liet de moordenaars ombrengen en hun stad in brand steken. Vervolgens zei hij tegen zijn dienaren: “Alles staat klaar voor het bruiloftsfeest, maar de gasten waren het niet waard genodigd te worden. Ga daarom naar de toegangswegen van de stad en nodig voor de bruiloft iedereen uit die je tegenkomt.” De dienaren gingen de straat op en brachten zo veel mogelijk mensen samen, zowel goede als slechte. En de bruiloftszaal vulde zich met gasten voor de maaltijd.
Toen de koning binnenkwam om te zien wie er allemaal aanlagen, zag hij iemand die zich niet in bruiloftskleren gestoken had, en hij vroeg hem: “Vriend, hoe ben je hier binnengekomen terwijl je niet eens een bruiloftskleed aanhebt?” De man wist niets te zeggen. Daarop zei de koning tegen zijn hofdienaars: “Bind zijn handen en voeten vast en gooi hem eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt. Velen zijn geroepen, maar slechts weinigen uitverkoren.”
Les Dames Vocales zingt het lied WAKE! gecomponeerd door Diederik van der Laag.
Ontwaak!
Voordat de schim van de valse ochtend stierf,
meende ik een stem te horen roepen vanuit de herberg:
”Als de tempel binnen in gereedheid is gebracht,
waarom knikkebolt de slaperige aanbidder dan nog buiten?”
Nu brengt het Nieuwe jaar, dat oude Verlangens doet herleven,
de bedachtzame ziel terug tot eenzaamheid.
Waar de hand van Mozes op de tak rust
en Jezus op de Grond zucht.
De lezing is genomen uit het Evangelie volgens Matteüs, hoofdstuk 22, vanaf vers 1.
Men ziet dit verhaal wel eens als een waarschuwing voor zelfgenoegzaamheid: ik moet mijn plaats in de hemel niet als vanzelfsprekend beschouwen, God niet als vanzelfsprekend beschouwen. Geldt deze waarschuwing ook voor mij? Is dit voor mijn oren bestemd?
Anderen richten in deze parabel de aandacht eerder op de omvang van Gods uitnodiging – Gods roeping is er niet zomaar voor enkelingen, maar voor iedereen. (“Zowel goede als slechte”, zegt de tekst). Als ik me heel erg bewust ben van het kwade in mij, van mijn zondigheid, mijn tekortkomingen, …; als ik denk dat God vast niemand zoals ik zou willen, dan is het misschien juist dit wat ik vooral moest horen in deze parabel.
Wanneer Jezus in parabels spreekt, is het niet altijd gemakkelijk precies te weten wat Hij bedoelt. Maar daar gaat het juist om – het is de bedoeling je geest te prikkelen om erover na te denken, om het je af te vragen. Het fragment wordt nu opnieuw voorgelezen. Let er op welke gedachten jou voor de geest komen. Waarover denk jij dat het gaat?
Jezus is hier nu aanwezig, terwijl jij bidt. Spreek dus met Hem, zoals een vriend spreekt met een vriend, over wat zijn woorden voor jou betekenen, en hoe je zijn boodschap wil beantwoorden.