U weet zelf, broeders en zusters, dat ons bezoek aan u niet tevergeefs is geweest. Ondanks de mishandelingen en beledigingen die wij, zoals u bekend is, in Filippi te verduren hadden, vonden we in vertrouwen op onze God de moed u bekend te maken met zijn evangelie. Daarvoor hebben we ons tot het uiterste ingespannen. Onze oproep berust niet op een dwaling, op oneerlijkheid of bedrog. Wij spreken alleen omdat God ons daartoe waardig heeft gekeurd en ons het Evangelie heeft toevertrouwd – niet om mensen te behagen, maar God, die de mensen doorgrondt. U weet dat we u nooit naar de mond hebben gepraat en dat onze woorden nooit een dekmantel voor hebzucht waren. God is onze getuige. We hebben ook niet geprobeerd de gunst van mensen af te dwingen, niet bij u en niet bij anderen. Hoewel we ons als apostelen van Christus hadden kunnen laten gelden, zijn we u tegemoet getreden met de tederheid van een voedster die haar kinderen koestert. In die gezindheid, vol liefde voor u, waren we niet alleen bereid u te laten delen in Gods Evangelie, maar ook in ons eigen leven. Zo dierbaar was u ons geworden.
«Opgenomen in de Krijtberg t.b.v. Bidden Onderweg» © Eigen opname Bidden Onderweg
«Shelter (Opgenomen t.b.v. Bidden Onderweg)» © Eigen opname Bidden Onderweg
Vocaalensemble Choruss zingt het Te Deum.
‘Wij prijzen U, o God. U, Heer, loven wij.
Laat uw barmhartigheid neerdalen over ons, zoals ons vertrouwen uitgaat naar U.’
De lezing van vandaag is uit de eerste brief van Paulus aan de Thessalonicenzen, hoofdstuk 2, vanaf vers 1.
Stel je Paulus eens voor. Hij schrijft deze brief aan de Thessalonicenzen omdat hij tegen hun weerstand en onbegrip was aangelopen. Niet alleen van buitenstaanders en ongelovigen, maar juist ook van bekeerde christenen. Maar Paulus is nooit en te nimmer bang om te getuigen van de waarheid van Christus. Wat voor obstakels kom ik zelf tegen op mijn levensweg als gelovige? Komen die van buiten? Of zitten die in mij? Hoe ga ik daarmee om?
Paulus is geen ‘pleaser’. Hij vist niet naar lof en complimenten. Hoe is dat bij mij? Leef ik een eerlijk geloof? Of praat ik anderen naar de mond op zoek naar bevestiging en lof in plaats van te leven in waarheid?
Paulus zegt dat hij zijn eigen leven met hen deelt. Tot op welke diepte deel ik mijn gevoelens en gedachten met anderen?
Luister nogmaals naar Paulus’ woorden en hoor hoe hij de mensen wil bemoedigen, vooral hen die worstelen met hun geloof.
Spreek openhartig tot God en vraag Hem wat jij in jouw geloofsleven nodig hebt.