







Want Ik ben de HEER, je God, Ik neem je bij je rechterhand en zeg je: Wees niet bang, Ik zal je helpen. Wees niet bang, kleine Jakob, arm volk van Israël, Ik zal je helpen – spreekt de HEER –, de Heilige van Israël is je bevrijder. Ik maak van jou een scherpe dorsslede, een nieuwe slede met dubbele sneden. Bergen zul je dorsen en vermalen, van heuvels laat je niets over dan kaf. Je zult ze wannen, en de wind neemt ze op, de stormwind jaagt ze uiteen. Dan zul je juichen om de HEER, je om de Heilige van Israël gelukkig prijzen.
Armen en behoeftigen zoeken water – niets! Hun tong verdroogt van de dorst. Ik, de HEER, zal hun antwoord geven, Ik, de God van Israël, zal hen niet verlaten. Ik laat op kale heuvels rivieren ontspringen en bronnen in de valleien. De woestijn maak Ik tot een waterplas, dor gebied tot een bronrijke streek. Ik plant in de woestijn ceder en acacia, mirte en olijfwilg, en Ik laat in de wildernis den, sneeuwbal en cipres opschieten. Dan zullen zij zien en beseffen, begrijpen en erkennen dat de hand van de HEER dit heeft verricht, dat de Heilige van Israël dit alles schiep.
«The space between» © Magnatune Magnatune license
Vocaalensemble ChoRuss zingt uit de Vespers van Sergei Rachmaninov: ‘Zegen de Heer, mijn ziel. Heer God, hoe groot bent U!’
Bij het begin van dit gebed vandaag, erken ik de grootheid van God. Hij is het die mij schiep en ook alles rondom mij, de aarde, de maan en de sterren. Hij liet waterbronnen opborrelen in de valleien en liet het gras groeien voor het vee. Ik plaats mezelf in de handen van die grote en bewonderenswaardige God.
In de lezing van vandaag uit Jesaja toont God ons hoe Hij zich bewust is van de zwakheid van zijn volk. Tegelijkertijd toont Hij zijn vastberadenheid om hen te helpen de uitdaging aan te gaan om een welvarende samenleving op te bouwen. Luister naar de krachtige beeldspraak van de profeet en sta stil bij wat jou raakt.
De lezing van vandaag is genomen uit de profeet Jesaja. Hoofdstuk 41, vanaf vers 13.
Het is gemakkelijk om naar ons leven te kijken en ons overweldigd of angstig te voelen. Hoe voelt het om te horen “de Heilige van Israël” zegt “wees niet bang, Ik sta u bij”?
Welke bergen wil God ons helpen klein te krijgen? Welke bronnen moet God voor ons doen opwellen? Welke bomen en planten zou God voor ons kunnen planten in de woestijn van onze geglobaliseerde wereld?
Nu je opnieuw naar de lezing luistert, wil je jezelf misschien afvragen hoe dit beeld van Gods actie bij jou binnenkomt. Geloof je het? Wil je dat het waar is? Geeft het jou werkelijk hoop en nieuwe energie?
Keer jezelf nu naar de levende God zonder wie je niets kan doen. Misschien wil je deze gelegenheid wel aangrijpen om je aan Hem toe te vertrouwen of Hem om hulp te vragen.
Houd deze terugblik even vast in je hart en je hoofd. En keer je nu tot de Heer Jezus. Vraag Hem al wat je nodig hebt, al wat je verlangt om jouw roeping van leven en waarheid gestalte te geven.