Matteüs 21: 23-27
Toen Hij naar de tempel was gegaan en daar onderricht gaf, kwamen de hogepriesters en de oudsten van het volk naar Hem toe. Ze vroegen Hem: ‘Op grond van welke bevoegdheid doet U die dingen? En wie heeft U die bevoegdheid gegeven?’ Jezus gaf hun ten antwoord: ‘Ik zal u ook een vraag stellen, en als u Mij daarop antwoord geeft, zal Ik u zeggen op grond van welke bevoegdheid Ik die dingen doe. In wiens opdracht doopte Johannes? Kwam die opdracht van de hemel of van mensen?’ Ze overlegden met elkaar: ‘Als we zeggen: “Van de hemel,” dan zal Hij tegen ons zeggen: “Waarom hebt u hem dan niet geloofd?” Maar als we zeggen: “Van mensen,” dan krijgen we het volk over ons heen, want iedereen houdt Johannes voor een profeet.’ Dus gaven ze Jezus als antwoord: ‘We weten het niet.’ Daarop zei Hij tegen hen: ‘Dan zeg Ik u ook niet op grond van welke bevoegdheid Ik die dingen doe.
Prevail
door Christopher Galovan
uitgevoerd door Christopher Galovan
«More than words» © Buma/Stemra Buma/Stemra
Vooroordelen
Je luistert naar het lied Sanctus dominus, gecomponeerd door Margaret Rizza.
De lezing van vandaag is genomen uit het Evangelie van Matteüs, hoofdstuk 21, vanaf vers 23.
Jezus “deed vele dingen” waardoor vele mensen Hem zijn gevolgd. Onder hen kwamen sommigen tot geloof in Hem, anderen waren enkel nieuwsgierig, doch enkelen wilden Jezus op de proef stellen. In de lezing van vandaag, willen de hogepriesters en oudsten van het volk de bevoegdheid achterhalen van Jezus’ handelen. Op grond van welke bevoegdheid “deed Hij die dingen?” Zijn er momenten waarin ik besef dat ik twijfel laat schijnen op wat Jezus zegt of doet?
Als ik bereid ben de wil van de Vader te volbrengen, dan zal ik weten of Jezus’ onderricht van God afkomstig is, of Hij “ deze dingen doet” uit eigen bevoegdheid. Vooroordelen staan een genadevolle ontmoeting met Jezus in de weg. Ben ik me bewust van elke vorm van vooroordeel bij mijzelf?
Wanneer dit stukje opnieuw wordt voorgelezen, hoor dan hoe Jezus de vraag omdraait en de vraagstellers doet nadenken over wat ze net zeiden. Zodra ze door hebben wat er gebeurt, deinzen ze ervoor terug Jezus’ vraag eerlijk te beantwoorden en gaat dat moment van genade verloren. Ze kunnen de betekenis van “deze dingen” niet inzien en lijken niet bereid Jezus te accepteren. Ben ik vandaag in staat mijn hart te openen om Jezus en zijn boodschap binnen te laten?
Spreek nu tot Jezus. Misschien wil je Hem wel vragen een vooroordeel of een aantal vooropgezette meningen bij je weg te nemen die je lijken te hinderen om belangrijke momenten van genade te kunnen herkennen en accepteren.
