





Toen de tijd van hun onreinheid volgens de wet van Mozes ten einde was, brachten ze Hem naar Jeruzalem om Hem aan de Heer aan te bieden, zoals is voorgeschreven in de wet van de Heer: ‘Elke eerstgeboren zoon moet aan de Heer worden toegewijd.’
Ook wilden ze het offer brengen dat de wet van de Heer voorschrijft: een koppel tortelduiven of twee jonge gewone duiven. Er woonde toen in Jeruzalem een zekere Simeon. Hij was een rechtvaardig en vroom man, die uitzag naar de tijd dat God Israël vertroosting zou schenken, en de heilige Geest rustte op hem. Het was hem door de heilige Geest geopenbaard dat hij niet zou sterven voordat hij de messias van de Heer zou hebben gezien. Gedreven door de Geest kwam hij naar de tempel, en toen Jezus’ ouders hun kind daar binnenbrachten om met Hem te doen wat volgens de wet gebruikelijk is, nam hij het in zijn armen en loofde hij God met de woorden: ‘Nu laat U, Heer, uw dienaar in vrede heengaan, zoals U hebt beloofd. Want met eigen ogen heb ik de redding gezien die U bewerkt hebt ten overstaan van alle volken: een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël, uw volk.’
Zijn vader en moeder waren verbaasd over wat er over Hem werd gezegd. Simeon zegende hen en zei tegen Maria, zijn moeder: ‘Weet wel dat velen in Israël vanwege Hem ten val zullen komen of juist zullen opstaan. Hij zal een teken zijn dat weersproken wordt, en zelf zult u als door een zwaard doorstoken worden. Zo zal de gezindheid van velen aan het licht komen.’
«The Encounter» © Buma/Stemra Buma/Stemra
«Music Screen» © Creative commons NC-ND 4.0 Music Screen creative commons
De monniken van het klooster in Chevetogne zingen het Loflied van Simeon ‘Met eigen ogen heb ik de redding gezien: een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël, uw volk.’
We lezen vandaag uit het evangelie volgens Lucas. Hoofdstuk 2, vanaf vers 22.
Naar aanleiding van een schema dat Ignatius van Loyola aanbeveelt en dat we al eerder hebben gezien, zullen we deze scène van de Opdracht van Jezus in de tempel, bij wijze van spreken, beschouwen vanuit een aantal invalshoeken.
Ten eerste, ik stel me voor wat ik kan zien: hoe ziet de tempel eruit? Is deze klein of groot en hol? Is deze helder verlicht of donker en somber? Hoe ziet Simeon eruit? Hoe is hij gekleed? Wanneer Maria en Jozef hem het kind Jezus laten zien, wat zie ik dan?
In tweede instantie concentreer ik me op wat ik kan horen. Ik stel me voor dat ik in de tempel ben en dat ik luister naar de lofzang van Simeon wanneer hij het kind Jezus ziet. Hoe is de reactie van Maria en Jozef? Wat zijn de profetische woorden Simeon over het lot van dit kind?
En tot slot beschouw ik wat ze doen: Simeon, Maria, Jozef en het heilige kind. Hoe Simeon zijn redder herkent in deze kleine, kwetsbare baby - de vervulling van al zijn hoop en de hoop van de hele mensheid… Ik denk een ogenblik na over wat hier gebeurt.
Ter afronding denk ik na over mezelf en wat dit alles te maken heeft met mij. Hoe ben ik bij dit verhaal betrokken? Wat leert God mij terwijl ik bid over dit verhaal? Waarheen zou God me kunnen leiden?