Met deze gaven bedoel ik diegene die we niet naar eigen believen kunnen oproepen wanneer we maar willen, maar die zo maar worden gegeven door de machtige gever van alle goed.
Zo bijvoorbeeld diep geloof, hoop en liefde, geestelijke vreugde en rust, tranen, intense troost, verheffing van de geest, goddelijke indrukken en verlichtingen, en al de overige geestelijke smaken en gevoelens die verbonden zijn met deze gaven. Ik bedoel niet dat we deze gaven (= vreugde enz.) moeten zoeken enkel en alleen voor ons eigen plezier en voldoening, maar vanuit de diepe overtuiging dat zonder hen al onze gedachten, woorden en daden verward, koud en geërgerd zijn. Zo kunnen zij warm worden, helder en oprecht voor de grotere dienst van God.
Een andere keer was ik aan het wachten op een jonge man die beloofd had dat hij zou komen biechten. Hij had reeds twee maal zijn woord gebroken. Ik voelde een zekere bitterheid omdat ik daardoor 6 uur verloren had.
Toen kreeg ik grote steun van de Heer tot wiens eer ik daar was. Dit was de betekenis ervan: je bent gewoon om voor de dienst van God lange uren te wachten aan de deur van hoge heren en van prinsen, en je doet dat zonder je te vervelen omdat je weet dat je zal beloond worden; waarom zou je dan meer verveeld zijn als iemand anders, een van de kleinen van Christus, je doet wachten? Zou God je minder loon geven voor de een als voor de ander?
En jij die zo dikwijls Jezus laat wachten aan de deur, toch wil je dat Hij het nooit moe wordt, dat Hij geen spijt heeft van zijn daad, dat Hij tegenover jou geen wrok koestert, niets van ongeduld of bitterheid. Handel net zo met die kleinen; doe zelf datgene waarvan je weet dat Hij zou doen ware Zijn menselijkheid hier aanwezig en zichtbaar in zijn vlees.
Toen kwam terug de godsvrucht in mij op die de Heer mij gegeven heeft voor elke ziel
Op een dag ging ik meester Pieter Van Gelderen bezoeken die een retraite deed volgens de Geestelijke Oefeningen.
Na afloop waren er belangrijke tekenen die me klaarder dan ooit deden inzien hoe belangrijk het is voor de onderscheiding van de geesten of je let op gedachten en overwegingen, dan wel op de geest zelf die zijn aanwezigheid duidelijk maakt doorheen verlangens, bewegingen, kracht of vermoeidheid van de ziel, rust of beroering, vreugde of droefheid, of gelijkaardige geestelijke bewegingen.
Je kan makkelijker komen tot klaarheid over de ziel en diens gasten doorheen de geesten dan via de gedachten op zich.
Dezelfde dag, na de mis, dacht ik na over de verscheidenheid van de geesten…
Ik werd gewaar dat men in geen geval mag instemmen met de woorden van de geest voor wie nooit iets mogelijk is en die steeds maar moeilijkheden aanreikt. Je moet veeleer instemmen met de woorden en de indrukken van diegene die mogelijkheden ontdekt en die bemoedigt.
Maar opgelet! Je moet onderscheiden om te vermijden dat het goede vertrouwen zich vermengt met illusies die voortkomen uit de overvloed of dat de vrees niet gepaard gaat met een vermoeidheid die voortkomt uit de schaarste.
Indien het echter niet mogelijk is om te vermijden al te zeer naar de ene kant dan wel naar de andere af te wijken, dan is het zekerder en minder gevaarlijk om verder te gaan in het vertrouwen, zoals in de tijd van de overvloed, eerder dan zich te laten leiden door die droefheid die duizend vergissingen en duizend misleidingen voortbrengt en die aan de oorsprong ligt van zoveel zuurheid en verwikkelingen.
De geest van optimisme moet goed onthaald worden, in stand gehouden worden en, indien hij verloren gaat, terug opgezocht worden: die vreugde, kracht en sereniteit en die andere gemoedsgesteldheden die voorkomen uit een goede inwendige gezindheid. Ze dienen zelf opnieuw voor de geest gehaald te worden, zodat ze meer en meer een stuk van onszelf worden.
Maar al de er mee gepaard gaande woorden die in gedachte bij ons opkomen, moeten niet op dezelfde wijze onthaald worden. Immers, het kan zijn dat sommige hiervan vals zijn. De kwade geest kan zichzelf aankleden als de engel van het licht.
Met de boze geest en diens woorden moeten we op omgekeerde wijze te werk gaan. De kwade geest en elke gemoedsgesteldheid die door hem wordt ingegeven moeten uitgedreven en weggejaagd worden.
Maar dit geldt niet voor al zijn woorden. Want je kan er vele van gebruiken als waarschuwingen en voorzichtiger worden in menselijke aangelegenheden. Immers veel van deze woorden zijn waarachtig en bruikbaar, indien je ze althans achteraf gaat begrijpen in het licht van de andere geest.