De bloem die niet verwelkt
Toonkunstkoor Amsterdam zingt het lied Molytva za Ukrayniu, ‘Gebed voor Oekraïne’, gecomponeerd door Mykola Lysenko.
Uw trouwe volk noemt u de dageraad van het heil; Moeder, geef dat sprankjes licht de donkere nacht van conflicten mogen verlichten. Inwoner van de Heilige Geest, inspireer de leiders van naties om wegen van vrede te zoeken. Koningin van alle volkeren, verzoen uw kinderen, verleid door het kwaad, verblind door macht en haat. U, die allen nabij bent, verklein onze afstanden. U, die medelijden hebt met iedereen, leer ons voor elkaar te zorgen. U, die de tedere liefde van de Heer openbaart, maakt ons getuigen van zijn troost en vrede. Moeder, Koningin van de Vrede, schenk in onze harten Gods geschenk van harmonie. Amen.
De lezing van vandaag is genomen uit de profeet Jesaja, hoofdstuk 40, vanaf vers 1.
“Het gras verdort”, vertelt deze passage, “de bloem verwelkt”. Maar hier wordt wel iets beloofd dat niet verdort of verwelkt - wat is dit?
Deze woorden bieden blijkbaar troost en verzoening. De zonde is uitgeboet. De schuld betaald. Opnieuw een propere lei. Op welke wijze - of in welke gebieden van mijn leven - verlang ik dat dit zou gebeuren?
Ik luister nu opnieuw naar de passage. Hoe versta ik deze woorden? Wat is de betekenis van deze lezing voor mij? Wat belooft God hier volgens mij?
“Baan voor de Heer een weg.” Dit is aan mij gericht. Kan ik nu tot God spreken over wat van mij gevraagd wordt? Wat zou mijn rol kunnen zijn in het banen van een weg voor de Heer deze dagen?
Uw trouwe volk noemt u de dageraad van het heil; Moeder, geef dat sprankjes licht de donkere nacht van conflicten mogen verlichten. Inwoner van de Heilige Geest, inspireer de leiders van naties om wegen van vrede te zoeken. Koningin van alle volkeren, verzoen uw kinderen, verleid door het kwaad, verblind door macht en haat. U, die allen nabij bent, verklein onze afstanden. U, die medelijden hebt met iedereen, leer ons voor elkaar te zorgen. U, die de tedere liefde van de Heer openbaart, maakt ons getuigen van zijn troost en vrede. Moeder, Koningin van de Vrede, schenk in onze harten Gods geschenk van harmonie. Amen.
De lezing van vandaag is genomen uit de profeet Jesaja, hoofdstuk 40, vanaf vers 1.
“Het gras verdort”, vertelt deze passage, “de bloem verwelkt”. Maar hier wordt wel iets beloofd dat niet verdort of verwelkt - wat is dit?
Deze woorden bieden blijkbaar troost en verzoening. De zonde is uitgeboet. De schuld betaald. Opnieuw een propere lei. Op welke wijze - of in welke gebieden van mijn leven - verlang ik dat dit zou gebeuren?
Ik luister nu opnieuw naar de passage. Hoe versta ik deze woorden? Wat is de betekenis van deze lezing voor mij? Wat belooft God hier volgens mij?
“Baan voor de Heer een weg.” Dit is aan mij gericht. Kan ik nu tot God spreken over wat van mij gevraagd wordt? Wat zou mijn rol kunnen zijn in het banen van een weg voor de Heer deze dagen?