Voor de keuze staan
Vocaal ensemble Oktoich zingt het lied Doeshe Moja. ‘Mijn ziel, mijn ziel, sta op, wat slaapt gij? Het einde nadert. Wees waakzaam en waak, zodat Christus u spare, die overal tegenwoordig is en alles vervult.’
De lezing van vandaag is genomen uit het boek Deuteronomium, hoofdstuk 30, vanaf vers 15.
‘Het is geen zaak van leven en dood’ zeggen we soms. Maar deze lezing lijkt ons te vertellen dat wij in ons leven keuzes moeten maken - misschien vaak, misschien zelfs dagelijks - waarbij we uiteindelijk moeten kiezen tussen leven en dood: Dood, wanneer ik handel uit kwaadheid, wraak of haat, wanneer ik de noden van anderen negeer, verwaarloos of afwijs, wanneer ik lieg, de waarheid verberg of vermijd; Leven, wanneer ik doe wat ik weet dat goed is, zelfs wanneer het mij wat kost, wanneer ik verzorg, koester en ondersteun, wanneer ik in liefde de waarheid spreek. Kan ik mij keuzes voor de geest halen die ik gemaakt heb of die ik nog moet maken - misschien keuzes die ik vandaag zal maken - die leven geven of ontnemen?
Wat zijn voor mij de ‘andere goden’ waarover in deze tekst gesproken wordt, de ‘andere goden’ in mijn leven waardoor ik in de verleiding zou kunnen worden gebracht om voor te buigen of om te dienen? … de goden die me wegvoeren van het pad van het leven?
Wanneer ik weer naar deze lezing luister en deze woorden hoor, komen er dan keuzes in mij op waar ik, op dit moment in mijn leven, voor geplaatst ben?
God is niet onverschillig. God zegt niet ‘het is aan jou, zie maar wat je doet… het maakt niet uit.’ Hij doet een beroep op mij om te kiezen voor leven. Ik kan een levensgever zijn, meewerkend aan het levengevende werk van God. Spreekt dit vooruitzicht mij aan? Is dit wat ik wil doen, wie ik wil zijn? Als dat zo is, kan ik dit verlangen dan vandaag tot mijn gebed maken?
De lezing van vandaag is genomen uit het boek Deuteronomium, hoofdstuk 30, vanaf vers 15.
‘Het is geen zaak van leven en dood’ zeggen we soms. Maar deze lezing lijkt ons te vertellen dat wij in ons leven keuzes moeten maken - misschien vaak, misschien zelfs dagelijks - waarbij we uiteindelijk moeten kiezen tussen leven en dood: Dood, wanneer ik handel uit kwaadheid, wraak of haat, wanneer ik de noden van anderen negeer, verwaarloos of afwijs, wanneer ik lieg, de waarheid verberg of vermijd; Leven, wanneer ik doe wat ik weet dat goed is, zelfs wanneer het mij wat kost, wanneer ik verzorg, koester en ondersteun, wanneer ik in liefde de waarheid spreek. Kan ik mij keuzes voor de geest halen die ik gemaakt heb of die ik nog moet maken - misschien keuzes die ik vandaag zal maken - die leven geven of ontnemen?
Wat zijn voor mij de ‘andere goden’ waarover in deze tekst gesproken wordt, de ‘andere goden’ in mijn leven waardoor ik in de verleiding zou kunnen worden gebracht om voor te buigen of om te dienen? … de goden die me wegvoeren van het pad van het leven?
Wanneer ik weer naar deze lezing luister en deze woorden hoor, komen er dan keuzes in mij op waar ik, op dit moment in mijn leven, voor geplaatst ben?
God is niet onverschillig. God zegt niet ‘het is aan jou, zie maar wat je doet… het maakt niet uit.’ Hij doet een beroep op mij om te kiezen voor leven. Ik kan een levensgever zijn, meewerkend aan het levengevende werk van God. Spreekt dit vooruitzicht mij aan? Is dit wat ik wil doen, wie ik wil zijn? Als dat zo is, kan ik dit verlangen dan vandaag tot mijn gebed maken?