Kalmeren
Je luistert naar het lied I give my work to you, Lord, gecomponeerd door Margaret Rizza.
‘Ik geef mijn werk aan U, Heer. Als de reis moeilijk is, richt ik mijn gedachten op U; mijn vreugde, mijn hart, mijn leven, Ik geef het terug aan U.’
Onze lezingen richtten zich in de afgelopen weken op de grootste feesten uit het kerkelijke jaar: van de komst van de Heilige Geest op Pinksteren, langs het feest van de Heilige Drie-eenheid en eindigend met de viering van Sacramentsdag – wanneer we de blijvende aanwezigheid van Jezus in de Eucharistie gedenken. Nu vervolgen we het kerkelijke jaar en gaan we verder met onze reis door het Evangelie volgens Marcus, hoofdstuk 4, vanaf vers 35.
In de lezing van vandaag zien we hoe Jezus de storm bestraft. Hoe reageer je op dit beeld van Jezus? Hij is niet bang, zoals de discipelen. Hij is kalm en heeft de controle over de zee en de storm. Hoe past dit beeld van Jezus bij je eigen ideeën over hoe Hij was?
Hoe reageer je op gebeurtenissen in je eigen leven, die je beangstigen – zoals de storm deed met de discipelen? Ga je naar Jezus om hulp, of probeer je het zelf op te lossen?
We lezen de passage opnieuw. Probeer je voor te stellen dat je bij de discipelen bent, in de boot. Hoe voelde het om bij hen in de boot te zijn?
Welke gedachten en gevoelens riep het in je op? Deel ze met de Heer – en vraag Hem wellicht om de stormen in je eigen leven te kalmeren.
‘Ik geef mijn werk aan U, Heer. Als de reis moeilijk is, richt ik mijn gedachten op U; mijn vreugde, mijn hart, mijn leven, Ik geef het terug aan U.’
Onze lezingen richtten zich in de afgelopen weken op de grootste feesten uit het kerkelijke jaar: van de komst van de Heilige Geest op Pinksteren, langs het feest van de Heilige Drie-eenheid en eindigend met de viering van Sacramentsdag – wanneer we de blijvende aanwezigheid van Jezus in de Eucharistie gedenken. Nu vervolgen we het kerkelijke jaar en gaan we verder met onze reis door het Evangelie volgens Marcus, hoofdstuk 4, vanaf vers 35.
In de lezing van vandaag zien we hoe Jezus de storm bestraft. Hoe reageer je op dit beeld van Jezus? Hij is niet bang, zoals de discipelen. Hij is kalm en heeft de controle over de zee en de storm. Hoe past dit beeld van Jezus bij je eigen ideeën over hoe Hij was?
Hoe reageer je op gebeurtenissen in je eigen leven, die je beangstigen – zoals de storm deed met de discipelen? Ga je naar Jezus om hulp, of probeer je het zelf op te lossen?
We lezen de passage opnieuw. Probeer je voor te stellen dat je bij de discipelen bent, in de boot. Hoe voelde het om bij hen in de boot te zijn?
Welke gedachten en gevoelens riep het in je op? Deel ze met de Heer – en vraag Hem wellicht om de stormen in je eigen leven te kalmeren.