Geloofsbelijdenis

Toonkunstkoor Amsterdam zingt het lied Da pacem, Domine, gecomponeerd door Melchior Franck.

God, het is uw vreugde
dat er goedheid is onder de mensen,
dat de bedroefden bemoedigd worden
en de eenzamen een huis vinden.
Laat ons die vreugde zoeken.
Geef ons gedachten van vrede
en woorden van hoop.

In het Evangelie van dit weekend horen we één van de meest uitdagende vragen die Jezus aan zijn leerlingen stelt: ‘Wie zeggen de mensen dat Ik ben?’. Terwijl je luistert naar het Evangelie volgens Marcus, hoofdstuk 8 vanaf vers 27, plaats jezelf midden in het tafereel. Kan jij Jezus een antwoord geven?

Jezus is weer eens onderweg met zijn leerlingen, wanneer Hij besluit dat de tijd rijp is om hen deze directe vraag te stellen. De eerste vraag mag nog makkelijk lijken. Maar dan stelt Hij een veel persoonlijkere vraag: ‘Maar wie zeg jij dat Ik ben?’. Misschien stelt Hij de eerste vraag terwijl ze verder wandelen, stopt Hij plots en kijkt Hij zijn leerlingen aan wanneer Hij hun de tweede vraag stelt. Hoe beeld jij je in dat het gebeurde? Kan je het tafereel voor ogen roepen? Hoe was hun gezichtsuitdrukking? En hun stemmen?

Beeld je nu in dat jou de vraag wordt gesteld ‘Maar wie denk jij dat Ik ben?’ als één van de leerlingen in het tafereel. Of hier en nu… Neem even de tijd om over de vraag te mijmeren. Wie is Hij … voor jou? Wie hoop jij dat Hij is? Wat verlang jij dat Hij betekent… voor jou… en voor de wereld?

Terwijl je opnieuw luistert naar de passage, wees opmerkzaam hoe de dialoog zich doorzet na de geloofsbelijdenis van Petrus.
Jezus zet het gesprek verder door, door te zeggen dat iedereen Hem zal verstoten, dat Hij zal lijden en zelfs ter dood zal gebracht worden. Petrus vindt dit zo moeilijk om aan te horen dat er ruzie uitbreekt tussen hem en Jezus.

Welke gevoelens komen bij jou op bij dit lijdensverhaal? Spreek met Jezus over je gevoelens. Misschien wil ook jij hierover met Hem van gedachten wisselen of Hem iets vertellen over je eigen pijn en lijden. Wat het ook moge zijn, spreek vrijuit met Hem.