Terugkeren

Je luistert het lied Adoramus Te, Domine, in een compositie van Margaret Rizza.

Hier ben ik, Heer.
Ik geef U mijn ziel en mijn lichaam met heel mijn hart,
uit dankbaarheid voor de talloze, onmetelijke weldaden en alle gunsten,
die ik van uw goddelijke Majesteit heb ontvangen.

Woensdag is de veertigdagentijd begonnen en misschien heb je een verandering in de toon van de lezingen opgemerkt. We hebben de oproep gehoord om terug te keren naar God; om te erkennen dat mensen niet altijd voldoen aan de goedheid waartoe God hen roept. In de passage van vandaag horen we hoe ook Jezus verleid werd om afstand te nemen van de weg van zijn Vader.

De lezing van dit weekend is genomen uit het Evangelie volgens Lucas, hoofdstuk 4, vanaf vers 1.

Verbaast het je dat Jezus zo verleid werd? Dat Hij ernstig had overwogen om zijn missie op een andere, misschien wel meer spectaculaire manier uit te voeren? Iedere hongerige die Hij ontmoette op wonderbaarlijke wijze voeden, opvallende demonstraties van Gods zorg voor Hem organiseren, politieke controle over het land overnemen? Waren dit geen goede dingen geweest om te doen?

Jezus lijkt te geloven dat zijn Vader wil dat Hij op een rustigere, soms zelfs meer verborgen manier werkt. Denk aan de manieren waarop Jezus nu aan het werk is in jouw eigen leven. Is Hij daar aanwezig met lawaai en spektakel, of werkt Hij op meer discrete manieren, die gemakkelijk over het hoofd kunnen worden gezien?

Jezus zegt aan de verleider dat mensen om te leven meer nodig hebben dan brood alleen. Zodra er tegemoet gekomen wordt aan je materiële behoeften, wat vind je dat je verder nodig hebt om een rijk en vol leven te leiden?

Wanneer je opnieuw luistert, merk dan op hoe Jezus reageert op de duivel die Hem verleidt, en op de specifieke verleidingen die deze duivel Hem voorlegt.

Neem ten slotte een moment de tijd om met Jezus te spreken over de typische manieren waarop jij je verleid voelt om Gods weg te verlaten; en over de hulp die je van Hem nodig hebt om die verleidingen te weerstaan.

U heeft mij alles gegeven.
Aan U, Heer, geef ik het terug.
Alles is van U; doe ermee wat U wil.
Geef mij alleen uw liefde en uw genade,
dat is genoeg voor mij.