Uren van waakzaamheid
Als je ’s nachts niet goed kunt slapen, hoe voel je je daardoor? Gefrustreerd? Verdrietig? Kwaad? Machteloos? Uitgeput?
Welk woord zou jij hiervoor gebruiken?
Voel je je ook schuldig omdat je de uren van waakzaamheid niet beter benut?
Zou je die tijd niet kunnen gebruiken om te bidden?
Maar als je uitgeput bent….. is het zo moeilijk om te bidden of zelfs helder te zijn. Misschien spreekt een van de verzen uit Psalm 88 je in jouw toestand persoonlijk aan:
‘Heer, God, mijn redder, overdag schreeuw ik het uit, ’s nachts zit ik stil voor u neer. Laat mijn gebed u bereiken, luister naar mijn klagen,
Ik ben ingesloten en zie geen uitweg meer; mijn ogen zijn dof van ellende, ik roep u aan, HEER, elke dag, en strek mijn handen naar u uit.
Daarom roep ik u om hulp, HEER, elke morgen nader ik u met mijn gebed. Waarom, HEER, verstoot u mij en verbergt u voor mij uw gelaat?’
De psalmen laten ons toe om echt te voelen wat we voelen, om eerlijk te zijn met onszelf en eerlijk met God.
Hoe klinkt mijn eerlijke smeekbede tot God? . . . . .
Ter afsluiting van dit gebed, zou ik de volgende woorden uit Psalm 30 kunnen herhalen of zelfs hardop kunnen uitspreken: ‘Met tranen slapen we ’s avonds in, ’s morgens staan we juichend op.’
Welk woord zou jij hiervoor gebruiken?
Voel je je ook schuldig omdat je de uren van waakzaamheid niet beter benut?
Zou je die tijd niet kunnen gebruiken om te bidden?
Maar als je uitgeput bent….. is het zo moeilijk om te bidden of zelfs helder te zijn. Misschien spreekt een van de verzen uit Psalm 88 je in jouw toestand persoonlijk aan:
‘Heer, God, mijn redder, overdag schreeuw ik het uit, ’s nachts zit ik stil voor u neer. Laat mijn gebed u bereiken, luister naar mijn klagen,
Ik ben ingesloten en zie geen uitweg meer; mijn ogen zijn dof van ellende, ik roep u aan, HEER, elke dag, en strek mijn handen naar u uit.
Daarom roep ik u om hulp, HEER, elke morgen nader ik u met mijn gebed. Waarom, HEER, verstoot u mij en verbergt u voor mij uw gelaat?’
De psalmen laten ons toe om echt te voelen wat we voelen, om eerlijk te zijn met onszelf en eerlijk met God.
Hoe klinkt mijn eerlijke smeekbede tot God? . . . . .
Ter afsluiting van dit gebed, zou ik de volgende woorden uit Psalm 30 kunnen herhalen of zelfs hardop kunnen uitspreken: ‘Met tranen slapen we ’s avonds in, ’s morgens staan we juichend op.’